De SER onderstreept dat voorzieningen voor jonge kinderen een onmisbaar arbeidsmarktinstrument zijn én een belangrijke bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen, het verminderen van achterstanden en het bevorderen van gelijke kansen. Ook vindt de SER dat het kabinet een jojo-beleid voert ten aan zien van de kinderopvang. De vergoedingen voor de kinderopvang wijzigen elk jaar, waardoor ouders en kinderopvangorganisaties niet weten waar ze aan toe zijn. Volgens de SER heeft het kabinet geen duidelijke visie op het toekomstperspectief van jonge kinderen.
Minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken) volgt het advies van de SER niet op. Hij heeft laten weten dat het kabinet geld vrij maakt voor 8 uur kinderopvang per week (twee dagdelen). 16 uur is volgens hem te duur. De bijdrage die ouders hiervoor gaan betalen wordt inkomensafhankelijk.










