Beleid, Bestuur, Management & Pedagogiek in de kinderopvang

Minister Wiersma wil kansengelijkheid stukje bij beetje verbeteren

Onderwijsminister Wiersma kiest voor een stapsgewijze aanpak om de gelijke kansen in het onderwijs te bevorderen. Dat laat hij de Tweede Kamer weten op 10 maart 2023 in een brief over kansengelijkheid in het funderend onderwijs.
Minister Wiersma wil kansengelijkheid stukje bij beetje verbeteren


De brief kenmerkt zich vooral door het opsommen van al eerder genomen maatregelen, zoals versterking van de basisvaardigheden en het invoeren van een rijke schooldag.

Wel komt er 105 miljoen euro extra beschikbaar voor het leerplusarrangement en wordt de huidige stimuleringsregeling voor brede brugklassen gecontinueerd. Het extra geld moet voorkomen dat waar je woont, wie je ouders zijn en op welke school je zit, bepaalt welke kansen een kind krijgt. Later wil de minister met een aanpak komen om meer kinderen gebruik te laten maken van voorschoolse educatie om verschillen al op jonge leeftijd te voorkomen.

Scholen kunnen het extra geld inzetten voor bijvoorbeeld kleinere klassen en extra huiswerkbegeleiding. Voor de verbetering van de kansengelijkheid is er naast het extra geld ook het onlangs gestarte programma School & Omgeving. Hierbij organiseren scholen na schooltijd extra activiteiten in samenwerking met scholen, gemeenten en lokale partijen zoals sportorganisaties en bibliotheken. Kinderen krijgen bijvoorbeeld een verlengde schooldag of praktijkles bij een ondernemer. Lees hier de hele Kamerbrief.

In een reactie stelt de PO-Raad dat de kansenbrief van Wiersma zeker ambitieuzer had gemogen. ‘In de tekst die hij naar de Kamer stuurde worden zaken als voorschoolse educatie of de brede brugklas weliswaar geanalyseerd, maar de minister ziet vooralsnog meer in experimenten dan in grootse plannen.’

Ook de Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang is wat teleurgesteld. De BMK is het eens met de PO-Raad en vindt dat Wiersma te weinig stappen zet. ‘Terwijl juist het belang van professionele begeleiding in de vorm van voorschoolse educatie voor kinderen van 0 tot 4 jaar echt het verschil kan betekenen. Opgelopen achterstand in deze eerste levensjaren kan later nooit meer ingehaald kan worden. De kansengelijkheid van kinderen komt hiermee in het geding.’