Ook is het niet wenselijk dat kinderen met nieuwe milde luchtwegklachten langdurig school verzuimen of langdurig geen toegang hebben tot de kinderopvang.
Als de klachten van een kind als herkenbaar onveranderd passen bij een reeds bestaande aandoening (zoals hooikoorts of astma) mag het kind naar school. Bij verandering van het klachtenpatroon of bij het ontstaan van nieuwe klachten naast het bekende klachtenpatroon, blijft het kind thuis tot deze nieuwe klachten voorbij zijn of het bekende klachtenpatroon is teruggekeerd.
De jeugdarts verbonden aan de school beoordeelt zo nodig de situatie voor het individuele kind in overleg met ouders, school en eventueel de huisarts of behandelend arts. Bij twijfel over de oorzaak van de klachten kan het kind getest worden om COVID-19 uit te sluiten of aan te tonen. Ook bij een kind met nieuw ontstane milde klachten, kan een test overwogen worden als de klachten tot meer dan een week schoolverzuim leiden. Lees hier de RIVM-richtlijn.