De BMK staat positief tegenover een aanpassing van het financieringsstelsel voor kinderopvang en ziet het wetsvoorstel als een eerste stap op weg naar de realisatie van het ideaal: kinderopvang van hoge kwaliteit voor álle kinderen. Daarbij zou het loslaten van de arbeidseis goed zijn.
Tegelijkertijd vragen vijf punten om verdere uitwerking. Zo moet er volgens BMK een heldere definitie komen van de dienst kinderopvang, moet kinderopvang voor gezinnen met lage inkomens betaalbaar blijven en dreigt er te veel administratieve lasten en verantwoordingsdruk. Verder zou de nieuwe wet beter kunnen aansluiten op bestaande gemeentelijke regelingen, en ook de aanwezigheidsnorm kan beter uitgewerkt worden.
Brancheorganisatie BK is veel kritischer. BK onderschrijft nadrukkelijk het belangrijkste doel van het wetsvoorstel: voorkomen dat ouders in financiële problemen komen door terugvorderingen, fouten in het toeslagensysteem en onzekerheid over vergoedingen. Dat is een gedeelde ambitie en een cruciale stap naar eenvoud en zekerheid. Ook staat BK achter de doelstelling van het wetsvoorstel om een eenvoudiger en zekerder stelsel te realiseren dat ouders in staat stelt om deel te nemen aan de arbeidsmarkt.
Tegelijkertijd constateert BK dat het voorliggende wetsvoorstel niet bijdraagt aan minstens zo belangrijke doelstellingen: het behouden en realiseren van kwalitatief goede, breed toegankelijke en betaalbare kinderopvang voor alle kinderen in Nederland. ‘Juist die combinatie is nodig om kansengelijkheid te bevorderen en ouders te ontlasten. Deze doelstellingen zijn ook op andere, minder ingrijpende manieren te realiseren – manieren die eenvoud en zekerheid bieden zonder de nadelen die het wetsvoorstel met zich meebrengt.’
BK roept het demissionaire kabinet en het nieuwe kabinet op om samen weer naar de tekentafel te gaan. Volgens de brancheorganisatie belemmert het wetsvoorstel een goed functionerende sector ‘op onnodig ingrijpende wijze met een systeem dat groei, innovatie in kwaliteit en maatwerk belemmert’. Het wetsvoorstel bereikt daarmee niet de beoogde doelen van zekerheid, betaalbaarheid en eenvoud én staat bovendien haaks op de maatschappelijke doelen van kinderopvang. De belangrijkste bezwaren zijn:
-
De toegankelijkheid verslechtert doordat regels verzwaren en risico’s worden doorgeschoven naar aanbieders.
-
Het wetsvoorstel heeft een negatief effect op kwaliteit, kindontwikkeling en kansengelijkheid.
-
‘Bijna gratis’ wordt juist duurder voor lagere inkomens en vergroot ongelijkheid.
-
Miljardeninvesteringen leveren geen hogere arbeidsparticipatie op.
-
Het stelsel wordt niet eenvoudiger, maar juist ingewikkelder en kwetsbaarder.








